Pagina's

vrijdag 26 augustus 2011

Speciaal voor vrouwen


Glazen plafond, old boys network, vrouwen die minder verdienen dan mannen voor hetzelfde werk: uitingen van ongelijke behandeling van mannen en vrouwen kunnen doorgaans rekenen op een pek-en-veren behandeling. Mannen en vrouwen zijn immers tot hetzelfde in staat, zo luidt de publieke opinie, en wie durft te suggereren dat vrouwen minder talent, aanleg of ambities hebben om CEO van Shell of een andere grote jongen – pardon, eh, grote m/v in het zakenleven – te worden, wordt in de regel weinig vriendelijk bejegend.

Allemaal leuk en aardig. Maar waarom doen we het onszelf aan om krampachtig vast te blijven houden aan iets wat toch niet meer is dan een utopie, een wensdroom, een schoolvoorbeeld van wishful thinking? Want laten we eerlijk zijn: wij vrouwen zijn nu eenmaal fundamenteel anders dan onze masculiene tegenhanger. En hoe naar en akelig en onemancipatoir het ook is en vooral klinkt: sommige dingen kunnen wij nu eenmaal minder goed dan zij. Neem inparkeren. Waar de mannelijke chauffeur – op een enkeling na – de bolide doorgaans met één vinger aan het stuur en twee in de neus achteruit een klein en door paaltjes omgeven parkeerplekje indraait, krijgt de gemiddelde vrouw dit niet zonder een paar keer steken, gezucht en gevloek voor elkaar. Zelf parkeer ik de auto liever een kilometer van mijn huis dan dat ik dat ene plekje voor de deur pak dat een achterwaartse inparkeermanoeuvre met zich meebrengt. Laatst hoorde ik een vriendin van me, toch zeker geen onverdienstelijke chaffeuse en met nota bene een auto van de zaak, tegen haar vriend zeggen: "Rij jij vanavond maar naar X. en Y. hoor, het is bij hen altijd zo lastig parkeren."

Is dat erg? Nee. Gezien de talloze dingen die vrouwen beter kunnen dan mannen, is er helemaal niets mis mee om het beestje bij de naam te noemen en gewoon luid en duidelijk te zeggen: vrouwen kunnen nu eenmaal minder goed parkeren dan mannen. In Duitsland hebben ze dit uitstekend begrepen. Meer dan dat zelfs. Niet alleen erkennen zij in mannen de meerdere op parkeergebied, de Duitse parkeergaragearchitecten komen ook nog eens vrouwen tegemoed bij het vinden van een probleemloze parkeerplek. Zoals in deze parkeergarage in Heidelberg, waar parkeerplaatsen speciaal voor vrouwen zijn aangemerkt. Een stukje ruimer, zonder lastige bochtjes, en ook nog dichter bij de uitgang van de garage, zodat de dames niet eindeloos hoeven zoeken in de donkere, vaak unheimische garage naar de plek waar ze hun auto ook weer hadden neergezet. Ik zeg: hulde aan onze oosterburen. Wanneer volgt Nederland dit voorbeeld?

dinsdag 2 augustus 2011

Kraanwater? Dat verkopen wij niet

“Kraanwater? Dat verkopen we niet”, zegt de restaurantmedewerkster zonder blikken of blozen. Dat hoeft ook niet, wil ik roepen: kraanwater komt namelijk gewoon uit de kraan, en daarvoor betaal je ongeveer 0,0014 cent per liter Nagenoeg niets dus, en er is dan ook geen enkele acceptabele reden om mij dit te weigeren. Maar inmiddels weet ik dat onderhandelen over dergelijke zaken geen zin heeft, en slik ik mijn voorgenomen reactie in om me te beperken tot een ‘laat dan maar zitten’. Dan maar geen water. Want no way dat ik instem met het alternatief: het neertellen van 4,50 euro voor een fles ‘bronwater’.
Het is het toppunt van de ongastvrijheid van de Nederlandse horeca: categorisch weigeren om gasten kosteloos van een eerste levensbehoefte als kraanwater te voorzien. Ik begrijp dat gasten in een horecagelegenheid geacht worden om geld te spenderen, en dat het runnen van een restaurant of café geen liefdewerk oud papier is. Maar gasten die een volledig diner inclusief fles wijn nuttigen een glas kraanwater ontzeggen bij hun maaltijd, en er op staan de toch al niet kinderachtige rekening nog verder op te schroeven door te laten betalen voor standaard overpriced spa blauw dan wel rood, getuigt van wel een verbazingwekkende en bovendien onnodige krenterigheid.
Enkele maanden geleden in Australië, tijdens een diner – uiteraard met gratis water, dat reeds bij binnenkomst op tafel wordt gezet – met een goede vriendin, vertelde ik haar over de Hollandse watermentaliteit. “Are you kiddin’ me?” riep ze verbijsterd uit. “Hier zou dat zelfs gevaarlijk zijn. Mensen raken gedehydrateerd als ze niet voldoende drinken.”
Nu zal dehydratatie in Nederland doorgaans niet aan de orde van de dag zijn. Maar hoeveel dronken mensen en dito gedrag zou het schelen wanneer cafés niet lullig doen, en er bij een flinke ronde bier en wijn ook enkele glazen kraanwater besteld zouden mogen worden? En hoeveel aangenamer zou het zijn als de smaakpapillen tussen de gangen van een diner geneutraliseerd zouden kunnen worden met een glaasje gemeentepils?
Het bijzondere is ook dat Nederland – dat zich zo graag profileert als internationaal vooruitlopend als het om waterbouw gaat – een van de zeer weinige landen is die hardleers blijven op kraanwatergebied. Want welk land ik ook bezoek: kraanwater, in onbeperkte mate, is standaard net zo vanzelfsprekend aanwezig als bestek, bord en servet.
Als Nederland echt zo gastvrij en toeristisch aantrekkelijk gevonden wil worden, zou het er goed aan doen bij de basis te beginnen. Oftewel, gasten geen poot uitdraaien om een nagenoeg gratis product.
Welk restaurant meldt zich als eerste? Ik kom eten.